Si le ministre ou son délégué autorise l'étranger au séjour ou si aucune décision n'est portée à la connaissance du bourgmestre ou de son délégué dans les quatre mois, éventuellement prolongé conformément à l'article 61/7, § 3, alinéa 2, de la loi, suivant la délivrance de la preuve de réception et pour autant que les documents visés à l'article 61/7, § 1 , de la loi, ont été produits, l'étranger est mis en possession d'un certificat d'inscription au registre des étrangers.
Indien de minister of zijn gemachtigde de vreemdeling tot het verblijf machtigt of indien geen enkele beslissing aan de burgemeester of zijn gemachtigde wordt meegedeeld binnen de vier maanden, eventueel verlengd overeenkomstig artikel 61/7, § 3, tweede lid, van de wet, na de afgifte van het ontvangstbewijs, en voor zover de documenten bedoeld in artikel 61/7, § 1, van de wet, voorgelegd werden, wordt de vreemdeling in het bezit gesteld van een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister.