Le ministre est opposé à ces amendements parce qu'ils vont à l'encontre d'un élément essentiel de la proposition de loi, à savoir la création d'une commission administrative chargée de contrôler l'utilisation des méthodes spécifiques et exceptionnelles de recueil des données par les services de renseignement et de sécurité (voir l'article 3, 6, proposé par l'article 3 et l'article 43/1 proposé par l'article 18).
De minister kant zich tegen deze amendementen omdat zij ingaan tegen een essentieel onderdeel van het wetsvoorstel, zijnde de instelling van een bestuurlijke commissie die belast wordt met het toezicht op de specifieke en uitzonderlijke methoden voor het verzamelen van gegevens door de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (zie het door artikel 3 voorgestelde artikel 3, 6, en het door artikel 18 voorgestelde artikel 43/1).