La capacité technique de toutes les autres infrastructures de gaz disponibles, en cas de défaillance de l'infrastructure principale unique, doit être au moins égale à la somme de la demande quotidienne totale de gaz de la zone couverte pendant une période d'un jour de demande exceptionnellement élevée statistiquement observée tous les 20 ans.
De technische capaciteit van de hele resterende beschikbare gasvoorzieningsinfrastructuur in het geval van het uitvallen van de grootste afzonderlijke gasinfrastructuur moet minimaal gelijk zijn aan de som van de totale dagelijkse vraag naar gas in het berekende gebied gedurende een dag met uitzonderlijk hoge gasvraag die statistisch slechts eenmaal in de twintig jaar voorkomt.