En cas d'activité transfrontière telle que définie à l'article 20, les conditions de fonctionnement d'une IRP doivent recevoir l'approbation préalable de l'autorité compétente de l'État membre d'origine.
Bij grensoverschrijdende werkzaamheden, zoals bedoeld in artikel 20, moeten de voorwaarden voor de verrichting van de werkzaamheden van de instelling aan de voorafgaande goedkeuring door de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst worden onderworpen.