8. rappelle que le développement, la démocratie et l'état de droit sont des éléments indispensables au respect des droits de l'homme, qu'ils interagissent et qu'ils se renforcent mutuellement; invite l'Union européenne à défendre des idéaux fondés sur la démocratie et les droits de l'homme à tous les niveaux de la société, en particulier dans le but de promouvoir l'égalité entre les hommes et les femmes ainsi que les droits des enfants;
8. herinnert eraan dat ontwikkeling, democratie en de rechtsstaat vereisten zijn voor, maar niet gelijkstaan met, de verwezenlijking van de mensenrechten en elkaar beïnvloeden en ondersteunen, dringt er bij de EU op aan de ontwikkeling van democratische en op mensenrechten gebaseerde idealen in de samenleving te ondersteunen, in het bijzonder met het oog op de bevordering van gendergelijkheid en de rechten van kinderen;