3.2.3. S’il s’agit d’un système de retenue, il sera présenté au service technique chargé d’effectuer les essais d’homologation deux échantillons du système de retenue qui pourront comprendre deux des ceintures requises en vertu des dispositions des paragraphes 3.2.2.2 et 3.2.2.3 et, au choix du constructeur, soit un véhicule représentatif du type de véhicule à homologuer, soit la partie ou les parties du véhicule considérées comme essentielles pour les essais par le service en question.
3.2.3. In het geval van beveiligingssystemen moeten twee monsters, die twee van de in de punten 3.2.2.2 en 3.2.2.3 vermelde monsters mogen omvatten, of, naar keuze van de fabrikant, een voor het goed te keuren voertuigtype representatief voertuig of het (de) deel (delen) van het voertuig dat (die) door de technische dienst die de goedkeuringstests uitvoert, van essentieel belang wordt (worden) geacht voor de tests van het beveiligingssysteem, bij deze dienst worden ingediend.