En ce qui concerne la retenue à effectuer en faveur de l'Office national de Sécurité sociale, il faut actuellement opérer une distinction entre, d'une part les travaux qui tombent dans le champ d'application de la Commission Paritaire nº 124 (construction), pour lesquels il y a lieu d'appliquer une retenue de 35 % (art. 30bis, § 4, 2 alinéa de la loi du 27 juin 1969), et, d'autre part, les travaux qui ne tombent pas dans le champ d'application de la Commission paritaire nº 124, pour lesquels il faut appliquer une retenue de 15 %.
Wat de inhouding betreft ten voordele van de Rijksdienst voor sociale zekerheid, moet thans een onderscheid worden gemaakt tussen enerzijds werken die vallen onder toepassing van het Paritair Comité nr. 124 (bouwbedrijf), waarvoor een inhouding van 35 % dient te gebeuren (art. 30bis, § 4, tweede lid van de wet van 27 juni 1969), en anderzijds werken die niet onder toepassing van het Paritair Comité nr. 124 vallen, waar de inhouding 15 % bedraagt.