3. Une personne peut exercer un droit de résiliation découlant d'un contrat financier avant l'expiration de la période visée au paragraphe 1 si l'autorité de résolution l'avise que les droits et engagements couverts par l'accord de compensation (a) ne seront pas transférés à une autre entité ou b) seront conservés par l'établissement faisant l'objet d'une procédure de résolution et auquel l'autorité de résolution appliquera l'instrument de renflouement interne conformément à l'article 37, paragraphe 2, point a).
3. Een persoon kan een beëindigingsrecht ingevolge een financieel contract uitoefenen voor het einde van de in lid 1 bedoelde termijn indien die persoon bericht van de afwikkelingsautoriteit ontvangt dat de onder de salderingsovereenkomst vallende rechten en verplichtingen hetzij a) niet aan een andere entiteit worden overgedragen, hetzij b) bij de instelling in afwikkeling blijven waarop de afwikkelingsautoriteit overeenkomstig artikel 37, lid 2, onder a), het instrument van de inbreng van de particuliere sector zal toepassen.
