Les mutuelles d'assurance qui souhaitent étendre leur activité au sens de l'article 6, point 4, ou de l'article 40 de la présente directive ne peuvent le faire que si elles se conforment immédiatement aux exigences du point 2 a) et b) de la présente section.
De onderlinge waarborg- of onderlinge verzekeringsmaatschappijen die in de zin van artikel 6, lid 4, of van artikel 40, van deze richtlijn hun werkzaamheid wensen uit te breiden, kunnen dit slechts doen indien zij onmiddellijk voldoen aan de eisen van punt 2, onder a) en b), van dit deel.