iii) Lorsque la suspension des droits de vote d'un État membre est révoquée en vertu de la section 2, paragraphe (b), de l'article XXVI, cet État membre peut convenir avec tous les États membres qui ont élu un adm
inistrateur que les voix qui lui sont attribuées soient exprimées par cet administrateur, s
ous réserve que, si aucune élection ordinaire d'administrateurs n'a eu lieu pendant la période de suspension, l'administrateur à l'élection duquel l'État membre avait participé avant la suspension de ses droits de vote, ou son successeu
...[+++]r élu en vertu des dispositions du paragraphe 3(c) i) de l'annexe L ou du paragraphe (f) ci-dessus, sera habilité à exprimer les voix attribuées audit État membre.iii) Wanneer de opschorting van de stemrechten van een lidstaat krachtens paragraaf 2, lid (b) van artikel XXVI herroepen wordt, kan deze lidstaat met alle lidstaten die een beheerder gekozen hebben overeenkomen dat de hem toegekende stemmen door deze beheerder
worden uitgebracht. Voorwaarde is dat, indien geen enkele reguliere verkiezing van beheerders gedurende de schorsingsperiode heeft plaatsgevonden, de beheerder aan wiens verkiezing de lidstaat voor de opschorting van zijn stemrechten had deelgenomen, of zijn krachtens de bepalingen van paragraaf 3(c) i) van bijlage L of van het hierbovenvermelde lid (f) verkozen opvolger, gemachti
...[+++]gd zal zijn om de stemmen die aan deze lidstaat toegekend waren uit te brengen.