« Quiconque aura diffusé, de quelque manière que ce soit, des substances qui, ne présentant en soi aucun danger, donnent l'impression d'être dangereuses, et dont il sait ou doit savoir qu'elles peuvent inspirer de vives craintes d'attentat contre les personnes ou les propriétés, punissable d'un emprisonnement de deux ans au moins, sera puni d'un emprisonnement de trois mois à deux ans et d'une amende de cinquante euros à trois cents euros».
« Hij die op om het even welke wijze stoffen verspreidt die, zonder op zichzelf gevaar in te houden, de indruk geven gevaarlijk te zijn en waarvan hij weet of moet weten dat hierdoor ernstige gevoelens van vrees kunnen worden teweeg gebracht voor een aanslag op personen of op eigendommen, waarop gevangenisstraf van ten minste twee jaar is gesteld, wordt gestraft met een gevangenisstraf van drie maanden tot twee jaar en met geldboete van vijftig euro tot driehonderd euro».