105. déplore l'augmentation du taux d'erreur, qui atteint 7,7 %, dans le groupe de politiques «Cohésion, énergie et transport» malgré un recours accru aux interruptions de délais de paiement; est vivement préoccupé par le fait que, pour 58 % des opérations affectées par une erreur, une partie des erreurs auraient pu être détectées et corrigées (rapport annuel, point 4.25); se dit préoccupé par le fait que parler de situation «stable» en matière de taux d'erreur trahit un sentiment croissant d'autosatisfaction;
105. betreurt de stijging van het foutenpercentage op het beleidsterrein „Cohesie, energie en vervoer” naar 7,7 % ondanks het toegenomen aantal onderbrekingen van de betalingstermijn; vindt het uiterst zorgwekkend dat bij 58 % van de transacties die fouten vertonen, sommige van die fouten hadden kunnen worden opgespoord en gecorrigeerd (Jaarverslag, punt 4.25); vreest dat het feit dat er gesproken wordt van een „stabiele” situatie met betrekking tot foutenpercentages een toenemende mate van inschikkelijkheid verraadt;