Toutefois, dans le cas des véhicules qui sont considérés comme satisfaisant aux prescriptions du point 2.2.1.4.1 du seul fait qu'ils satisfont aux prescriptions du point 1.2.2 de la section C de l'annexe IV, le dispositif d'avertissement doit comprendre un signal sonore en plus du signal optique.
Bij voertuigen die alleen geacht worden te voldoen aan de voorschriften van punt 2.2.1.4.1, op grond van het feit dat zij de voorwaarde vervullen van bijlage IV, deel C, punt 1.2.2, moet de waarschuwingsinrichting echter bestaan uit een optisch en een akoestisch signaal.