Art. 32. Le droit à l'intervention majorée n'est cependant octroyé après la vérification prévue à l'article 31 que si chaque membre du ménage concerné certifie sur l'honneur que, au moment où il signe la déclaration sur l'honneur, les revenus pris en considération n'ont pas subi d'autres augmentations que celle résultant d'une indexation ou d'une adaptation barémique fixée réglementairement ou contractuellement et qu'il ne dispose pas de nouveaux revenus.
Art. 32. Het recht op de verhoogde tegemoetkoming wordt echter pas toegekend na het onderzoek bedoeld in artikel 31 als elk lid van het betrokken gezin op zijn erewoord verklaart dat de in aanmerking genomen inkomsten, op het moment waarop hij de verklaring op erewoord ondertekent, niet zijn gestegen, tenzij als gevolg van een indexering of een baremieke aanpassing die reglementair of contractueel is vastgesteld en dat hij geen nieuwe inkomsten heeft.