A partir de la donnée selon laquelle aucun suspect qui a un jour été placé en détention préventive ne se trouve dans l'état d’avancement “chambre du conseil”, nous pouvons déduire qu'au 10 juillet 2012, aucun de ces suspects s'est vu imposer une décision de non-lieu au niveau de la chambre du conseil et/ou de la chambre des mises en accusation, alors que c'est bien entendu toutefois possible pour les 25 suspects pour lesquels l'instruction est encore en cours.
Uit het feit dat geen enkele verdachte die ooit in voorlopige hechtenis zat zich in de vooruitgangsstaat “raadkamer” bevindt, kan men afleiden dat op 10 juli 2012 geen enkele van deze verdachten een buitenvervolgstelling als beslissing kreeg op het niveau van de raadkamer en/of de kamer van inbeschuldigingstelling, zij het dat dit uiteraard wel nog altijd mogelijk is voor de 25 verdachten waarvoor het gerechtelijk onderzoek nog niet afgehandeld is.