Contrairement à ce que soutiennent les parties requérantes dans la seconde branche du deuxième moyen, les données d'une personne suspectée d'avoir commis une infraction doivent ainsi être effacées, en principe, lorsque cette personne est acquittée par le juge parce qu'elle n'a rien à voir avec l'infraction commise.
In tegenstelling tot wat de verzoekende partijen aanvoeren in het tweede onderdeel van het tweede middel, dienen de gegevens van een persoon die ervan werd verdacht een misdrijf te hebben gepleegd, aldus in beginsel te worden gewist wanneer die persoon door de rechter wordt vrijgesproken op grond van het feit dat hij niets te maken heeft met het gepleegde misdrijf.