estime notamment que la hausse des taux d'abattement forfaitaire, censée déboucher sur une augmentation du nombre de postes non rémunérés au sein des institutions, témoigne d'une approche traditionnaliste qui affectera directement la possibilité d'améliorer les taux d'occupation des
postes inscrits aux tableaux des effectifs qui sont,
dans le même temps, approuvés par l'autorité budgétaire; souligne que cette approche est extrêmement préjudiciable dans un contex
te de réduction des effectifs ...[+++], qui améliore automatiquement les taux d'occupation, et que le financement de ces postes ne devrait pas être considéré comme une variable d'ajustement pour parvenir à un gel nominal du budget administratif ou à tout autre objectif financier prédéfini; is met name van mening dat de verhoging van de forfaitaire verlagingen, die bedoeld is om het aantal onbetaalde posten binnen de instellingen op te trekken, wijst op een conservatieve aanpak, die rechtstreekse gevolgen zal hebben voor de mogelijkheid de invullingsgraad te verbeteren van de person
eelsformaties die tegelijk door de begrotingsautoriteit worden goedgekeurd; benadrukt het feit dat deze aanpak des te schadelijker is in een context van inkrimpende personeelsformaties, met als gevolg een mechanische verbetering van de invullingsgraad, en dat de financiering van de posten in kwestie niet mag worden beschouwd als aanpassingsvaria
...[+++]bele voor de realisatie van een nominale bevriezing van het administratieve budget of welke andere vooraf vastgestelde doelstelling ook;