1. Chaque État membre prend les mesures nécessaires pour faire en sorte qu’une personne morale tenue pour responsable en vertu de l’article 5, paragraphe 1, soit passible de sanctions effectives, proportionnées et dissuasives, incluant des amendes pénales ou non pénales et éventuellement d’autres sanctions telles que:
1. Elke lidstaat neemt de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat een rechtspersoon die op grond van artikel 5, lid 1, aansprakelijk is gesteld, kan worden bestraft met doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties, die al dan niet strafrechtelijke geldboetes omvatten en andere sancties kunnen omvatten, zoals: