Le candidat réussit le test préliminaire lorsque lui et son chien obtiennent au moins les six dixièmes des points aux épreuves de sociabilité, d'obéissance et d'agilité, les sept dixièmes des points à l'épreuve de désignation et les sept dixièmes des points au total des quatre épreuves.
De kandidaat slaagt voor de voorafgaande test wanneer hij en zijn hond ten minste zes tienden van de punten voor de socialibiliteits-, gehoorzaamheids- en behendigheidsproeven, zeven tienden van de punten voor de aanwijzingsproef en zeven tienden van de punten voor de vier proeven samen behalen.