Art. 7. Pour l'application du titre II de l'arrêté royal n° 185 du 9 juillet 1935 précité, de l'article 22 de la loi du 10 juin 1964 précitée, de l'article 1 de la loi du 10 juillet 1969 précitée et des articles 4 et 105 de la loi du 4 décembre 1990 précitée, est assimilée à une émission publique ou à la collecte de moyens financiers auprès du public ou en partie auprès du public, toute proposition ou publicité, visant plus de 50 personnes autres que les investisseurs visés à l'article
3, 2°, et tendant à offrir des renseignements ou conseils ou à susciter la demande de renseignements ou conseils relatifs à des titres créés ou non encor
...[+++]e créés qui font ou feront l'objet d'une émission publique ou non, ou d'une commercialisation, si cette proposition ou cette publicité émane d'une personne qui perçoit directement ou indirectement de l'émetteur une rémunération ou un avantage lors de la réalisation de cette opération d'émission.Art. 7. Voor de toepassing van titel II van voornoemd koninklijk besluit nr. 185 van 9 juli 1935, van artikel 22 van voornoemde wet van 10 juni 1964, van artikel 1 van voornoemde wet van 10 juli 1969 en van de artikelen 4 en 105 van voornoemde wet van 4 december 1990 wordt met een openbare uitgifte of met het uit het publiek of gedeeltelijk uit het publiek aantrekken van financieringsmiddelen gelijkgesteld, elk voorstel of elke reclame, gericht tot meer dan 50 personen buiten de in artikel 3, 2°, bedoelde beleggers, met als bedoeling informatie of raad te verstrekken of de vraag hiernaar uit te lokken in verband met al dan niet reeds gecreëerde effecten die het voorwerp uitmaken of zullen uitmaken van een al dan niet openbare uitgifte of v
...[+++]erhandeling, indien dit voorstel of deze reclame uitgaat van een persoon die rechtstreeks of onrechtstreeks vanwege de emittent een vergoeding of een voordeel ontvangt bij de verwezenlijking van deze uitgifteverrichting.