Les membres de l'organe de direction, tant dans son rôle de direction que de surveillance, disposent à tout moment de l'honorabilité, des connaissances, des compétences et de l'expérience nécessaires à l'exercice de leurs fonctions et y consacrent un temps suffisant et veillent à prendre en considération un large éventail d'expériences de façon à éviter toute discrimination envers les femmes.
Leden van het leidinggevend orgaan, zowel zijn de leidinggevende als in de toezichthoudende functie, staan steeds als voldoende betrouwbaar bekend, beschikken over voldoende kennis, vaardigheden en ervaring en besteden genoeg tijd aan de vervulling van hun taken, waarbij ervaringen op velerlei gebied worden erkend zodat vrouwen niet gediscrimineerd worden.