Art. 41. Toute partie ayant obtenu la preuve que l'identité ou la conduite de la personne en charge, au sein du service régional de médiation de l'énergie, d'une procédure de médiation ou de conciliation, n'est pas compatible avec un déroulement indépendant ou impartial de la procédure, en informe immédiatement le directeur s'il s'agit d'un agent du service régional de médiation, ou le Comité de direction de la CWaPE si la personne en cause est le directeur lui-même, en vue de demander la récusation de l'intéressé.
Art. 41. Elke partij die het bewijs heeft dat de identiteit of het gedrag van de persoon die bij de arbitrage- en bemiddelingsdienst van de Waalse energiecommissie belast is met een bemiddelings- of verzoeningsprocedure, niet verzoenbaar is met het onafhankelijke of onpartijdige verloop van de procedure, deelt dit onmiddellijk mee aan de directeur indien het om een ambtenaar van de gewestelijke bemiddelingsdienst gaat of aan het directiecomité van de CWaPE indien de persoon in kwestie de directeur zelf is, om de wraking van de betrokkene te vragen.