Elle souligne que la question vise à interroger la Cour sur le point de savoir si les articles 10 et 11 de la Constitution sont violés en ce que l'article 136 du Code d'instruction criminelle permet de sanctionner toujours et dans toutes les circonstances la partie civile, et donc également lorsque le recours n'est pas fautif, c'est-à-dire ni téméraire ni vexatoire.
Zij wijst erop dat de bedoeling voorligt het Hof te ondervragen over het feit of de artikelen 10 en 11 van de Grondwet zijn geschonden doordat artikel 136 van het Wetboek van Strafvordering steeds, en in alle omstandigheden, toestaat de burgerlijke partij te bestraffen, en dus ook wanneer het beroep niet foutief, dit wil zeggen niet tergend en roekeloos is.