Traduction de «« Raies 50 cm taille de débarquement » » (Français → Néerlandais) :

10° pour soles : 25 cm taille de débarquement.
10° voor tong: 25 cm aanvoerlengte.

6° pour raies : 50 cm de taille de débarquement ;
6° voor rog: 50 cm aanvoerlengte;

3° pour soles limandes : 25 cm de taille de débarquement ;
3° voor tongschar : 25 cm aanvoerlengte;

1° pour turbots : 32 cm de taille de débarquement ;
1° voor tarbot: 32 cm aanvoerlengte;

4° pour flets : 25 cm de taille de débarquement ;
4° voor bot: 25 cm aanvoerlengte;

« Raies : 50 cm taille de débarquement »
« Roggen : 50 cm aanvoerlengte »

Art. 2. Dans l'article 7 du même arrêté, les mots " cabillaud : 50 cm taille de débarquement" sont biffés.
Art. 2. In het artikel 7 van hetzelfde besluit worden de woorden " kabeljauw : 50 cm aanvoerlengte" geschrapt:

Par dérogation à l'article 14 du règlement (CE) n° 2187/2005, la taille minimale de débarquement pour le saumon devrait être 60 cm et la taille minimale de débarquement pour la truite de mer devrait être 50 cm, dans chacune des subdivisions CIEM visées à l'article 3, paragraphe 2, point a).
In afwijking van artikel 14 van Verordening (EG) nr. 2187/2005 bedraagt de minimummaat voor de aanlanding van zalm 60 centimeter en de minimummaat voor de aanlanding van zeeforel 50 centimeter, en dit in elk van de in artikel 3, lid 2, onder a), bedoelde ICES-deelsectoren.

La taille minimale de débarquement du turbot est de 45 cm, mesurée en longueur conformément à l’article 18 du règlement (CE) no 850/98.
Voor tarbot geldt een minimummaat bij aanlanding van ten minste 45 cm totale lengte, gemeten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG) nr. 850/98.

Art. 3. § 1. Chaque responsable est tenu de procéder immédiatement à la taille jusqu'à au moins 50 cm en dessous du site d'infection le plus bas ou, si la contamination est étendue ou récurrente, à la coupe au niveau du sol de toute plante-hôte infectée par l'organisme et de toute plante-hôte contiguë.
Art. 3. § 1. Elke verantwoordelijke is gehouden onmiddellijk over te gaan tot het snoeien tot minstens 50 cm onder de laagste infectieplaats of, indien de besmetting verspreid of terugkerend is, het tegen de grond afzetten van alle met het organisme besmette en alle aangrenzende waardplanten.