Par dérogation au § 2, l'agrément n'échoit pas d'office lorsque la division décide que la personne agréée n'était pas en état de suivre le perfectionnement ou de passer l'épreuve, se basant sur les preuves à produire par la personne agréée.
In afwijking van paragraaf 2 vervalt de erkenning niet van rechtswege als de afdeling beslist, op basis van de door de erkende persoon voor te leggen bewijzen, dat hij om redenen van overmacht niet in staat was de bijscholing te volgen of de proef af te leggen.