Lorsqu’un établissement de monnaie électronique distribue de la monnaie électronique dans un autre État membre en ayant recours à une telle personne physique ou morale, les articles 27 à 31, à l’exception de l’article 29, paragraphes 4 et 5, de la directive (UE) 2015/2366, y compris les actes délégués adoptés en application de son article 28, paragraphe 5, et de son article 29, paragraphe 7, s’appliquent mutatis mutandis à cet établissement de monnaie électronique.
Indien de instelling voor elektronisch geld elektronisch geld overmaakt in een andere lidstaat door een beroep te doen op een dergelijke natuurlijke persoon of rechtspersoon, zijn de artikelen 27 tot en met 31, met uitzondering van artikel 29, leden 4 en 5, van Richtlijn (EU) 2015/2366, met inbegrip van de krachtens artikel 28, lid 5, en artikel 29, lid 7, daarvan vastgestelde gedelegeerde handelingen, van overeenkomstige toepassing op deze instelling voor elektronisch geld.