2. « Schendt artikel 128 van het Wetboek van strafvordering, zoals gewijzigd door artikel 8 van de wet van 21 april 2007 betreffende de verhaalbaarheid van de erelonen en de kosten verbonden aan de bijstand van een advocaat, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet nu de benadeelde, d
ie het gerechtelijk onderzoek heeft opgestart door een klacht met burgerlijke partijstelling, gehouden is een rechtsplegingsvergoeding te betalen aan de inverdenkinggestelde bij een buitenvervolgingstelling, terwijl dit niet het geval is wanneer de benadeelde zich burgerlijke partij heeft gesteld tijdens een gerechtelij
k onderzoeksrechter ...[+++][lees : onderzoek] dat door het openbaar ministerie is opgestart ?
2. « Verstösst Artikel 128 des Strafprozessgesetzbuches, abgeändert durch Artikel 8 des Gesetzes vom 21. April 2007 über die Rückforderbarkeit der Rechtsanwaltshonorare und -kosten, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem der Geschädigte, der die gerichtliche Untersuchung mittels einer Zivilklage eingeleitet hat, dazu gehalten ist, dem Beschuldigten bei der Einstellung des Verfahrens eine Verfahrensentschädigung zu zahlen, während dies nicht der Fall ist, wenn der Geschädigte während der von der Staatsanwaltschaft eingeleiteten gerichtlichen Untersuchung als Zivilpartei aufgetreten ist?