De kloof met het streefcijfer voor OO-uitgaven van 3% van het bbp varieert ook sterk van regio tot regio: slechts 27 regio's in de EU, ongeveer één op tien, hebben dit streefcijfer bereikt (zie kaart 2). De agglomeratie-effecten leiden ertoe dat de OO-middelen worden gericht op enkele speerpuntregio's (bv. in Braunschweig (Duitsland) waar de OO-uitgaven bijna 7% van het bbp bedragen) en zeer laag zijn in andere regio's (bv. Severen tsentralen (Bulgarije) waar zij onder 1% liggen).
Ebenso variiert die Abweichung der FuE-Ausgaben zum Ziel von 3 % des BIP je nach Region erheblich: Nur 27 Regionen in der EU, also etwa eine von zehn, haben dieses Ziel erreicht (siehe Karte 2). Agglomerationseffekte führen dazu, dass sich FuE-Ressourcen in einigen wenigen führenden Regionen (z. B. Braunschweig mit FuE-Ausgaben von beinahe 7 % des BIP) konzentrieren, in anderen dagegen sehr niedrig sind (wie nördliches Zentralbulgarien mit FuE-Ausgaben von unter 1 %).