Met inachtneming van de leden 3, 4 en 5 van dit artikel
en artikel 5, moet elke lidstaat met een positieve doelstelling v
olgens bijlage II ervoor zorgen, onder meer door gebruikmaking van de in deze beschikking genoemde flexibele instrumenten, dat zijn broeikasgasemissies in 2013 niet meer bedr
agen dan het niveau bepaald door een lineair traject, beginnend in 2009
met zijn gemiddelde ...[+++]jaarlijkse broeikasgasemissie gedurende 2008, 2009 en 2010, zoals gerapporteerd en gecontroleerd overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG en Beschikking nr. 280/2004/EG, en eindigend in 2020 op de doelstelling voor die lidstaat, zoals vermeld in bijlage II.Vorbehaltlich der Absätze 3, 4 und 5 des vorliegenden Artikels und des Artikels 5 gewährleistet jede
r Mitgliedstaat mit einer positiven Obergrenze gemäß Anhang II, auch durch Nutzung der in dieser Entscheidung vorgesehenen Spielräume, dass seine Treibhausgasemissionen im Jahr 2013 nicht über einem Niveau liegen, das sich ergibt, wenn eine lineare Entwicklung angesetzt wird zwischen 2009 als Startpunkt mit der aufgrund der Richtlinie 2003/87/EG und der Entscheidung Nr. 280/2004/EG gemeldeten und überprüften mittleren jährlichen Emissionsmenge in den Jahren 2008, 2009 und 2010 und als Endpunkt 2020 mi
t den für denselben ...[+++]Mitgliedstaat in Anhang II angegebenen Obergrenzen.