Op straffe van niet-ontvankelijkheid moet de aanvraag, zoals bepaald in § 3, uiterlijk zes maanden na de huur worden ingediend of, als artikel 2, § 2, 1°, wordt toegepast, uiterlijk zes maanden na het einde van de werken of, als artikel 2, § 2, 2°, wordt toegepast, uiterlijk zes maanden na het laatste vertrek van de medebewoners.
Bei Strafe der Unzulässigkeit des Antrags muss das in § 3 bestimmte Datum des Antrags spätestens sechs Monate nach der Anmietung oder, wenn Artikel 2, § 2, 1° Anwendung findet, spätestens sechs Monate nach der Fertigstellung der Arbeiten oder wenn Artikel 2, § 2, 2° Anwendung findet, spätestens sechs Monate nach dem letzten Auszug von Mitbewohnern liegen.