De exploitant van het luchtvaartterrein ziet erop toe dat voertuigen en andere mobiele voorwerpen, met uitzondering van luchtvaartuigen, op het bewegingsgebied van het luchtvaartterrein worden gemarkeerd en, indien de voertuigen „s nachts of bij slecht zicht worden gebruikt, verlicht.
The aerodrome operator shall ensure that vehicles and other mobile objects, excluding aircraft, on the movement area of the aerodrome are marked and if the vehicles are used at night or in conditions of low visibility, lighted. Aircraft servicing equipment and vehicles used only on aprons may be exempted.