10. HERINNEREND AAN Richtlijn 1999/82/EG en Richtlijn 1999/104/EG van de Commissie tot wijziging van respectievelijk de bijlagen van Richtlijn 75/318/EEG en Richtlijn 81/852/EEG, die ten doel hebben het risico op de overdracht van TSE via geneesmiddelen (inzonderheid natuurlijke en homeopathische geneesmiddelen) voor menselijk en diergeneeskundig gebruik tot een minimum te beperken, aan Richtlijn 76/768/EEG inzake cosmetische producten en Richtlijn 93/42/EEG betreffende medische hulpmiddelen alsmede aan Aanbeveling 98/463/EG van de Raad inzake de geschiktheid van bloed en plasmadonors;
10. UNTER HINWEIS AUF die Richtlinien der Kommission 1999/82/EG und 1999/104/EG zur Änderung der Anhänge der Richtlinien 75/318/EWG und 81/852/EWG mit dem Ziel, die Gefahr der Übertragung der TSE durch Arzneimittel (einschließlich natürlicher und homöopathischer Heilmittel) für Menschen und Tiere zu bannen, auf die Richtlinie 76/768/EWG über kosmetische Mittel, auf die Richtlinie 93/42/EWG über Medizinprodukte und auf die Empfehlung des Rates 98/463/EG, in der Zulassungskriterien für Blut- und Plasmaspender festgelegt werden;