3. De lidstaten kunnen bepalen dat een toezichthoudende autoriteit die overeenkomstig Verordening (EU) 2016/679 is opgericht, de in deze richtlijn bedoelde toezichthoudende autoriteit is en verantwoordelijk is voor de taken van de toezichthoudende autoriteit die overeenkomstig lid 1 van dit artikel moet worden opgericht.
(3) Die Mitgliedstaaten können vorsehen, dass die gemäß der Verordnung (EU) 2016/679 in den Mitgliedstaaten errichtete Aufsichtsbehörde die in dieser Richtlinie genannte Aufsichtsbehörde ist und die Verantwortung für die Aufgaben der nach Absatz 1 zu errichtenden Aufsichtsbehörde übernimmt.