50. neemt met grote bezorgdheid kennis van het tussentijds rapport van de Commissie over de voortgang van Bulgarije met betrekking tot
het mechanisme voor samenwerking en toetsing; maakt zich zorgen over het feit dat het met de Bulgaa
rse rechtspraak nog even beroerd gesteld is als voorheen; neemt kennis
van het feit dat er tegen 28 rechters 27 rechtszaken lopen; wenst opheldering over een reeks gevallen van vermeende fraude met
...[+++]EU-gelden in Bulgarije, naar aanleiding waarvan in 2008 de betalingen werden opgeschort, en waarbij het openbaar ministerie het vooronderzoek stopzette hoewel de procedure over een soortgelijk en op identieke feiten berustende gevallen in een andere lidstaat wel voortgezet werd; verbaast zich erover dat in alle gevallen van fraude met EU-gelden die voor de rechtbank werden gebracht, de strafvervolging werd omgezet in administratieve sancties en dat in één belangrijk geval van fraude met EU-gelden de behandeling in hoger beroep meer dan 18 maanden gerekt werd; betreurt voorts dat de aanbeveling van de Commissie om de nationale commissie voor de inventarisatie en inbeslagname van criminele vermogens (CEPACA) bevoegdheden te geven om de vermogens van hoge ambtenaren en politici proactief te controleren, in de wind is geslagen; is bezorgd over het feit dat het in Bulgarije niet gebruikelijk is gerechtelijke uitspraken met de motivering ervan stelselmatig op gelijkvormige wijze en binnen de voorgeschreven termijnen bekend te maken; verzoekt de Commissie druk uit te oefenen op de justitiële autoriteiten om hun inspanningen op het gebied van de hervormingen op te voeren en zo spoedig mogelijk gevolg te geven aan de aanbevelingen van de Commissie; verzoekt de Commissie in dit verband met klem de bedragen die voor ondersteuning van de Bulgaarse hervormingsinspanningen bestemd zijn openbaar te maken en te evalueren in hoeverre de beloofde resultaten met dat geld verwezenlijkt zijn; verwacht serieuze verbetering in het komende jaar; wenst dat ...