D. overwegende dat het Parlement tweemaal heeft aangedrongen op bindende klimaat- en energiedoelstellingen voor 2030 met ten minste 40 % minder CO2-emissies, ten minste 30 % hernieuwbare energie en 40 % energie-efficiënte, die aan de hand van afzonderlijke nationale streefcijfers moeten worden uitgevoerd; overwegende dat bindende nationale en EU-doelstellingen op het gebied van energie-efficiëntie en hernieuwbare energie zorgen voor groei en werkgelegenheid en het technologisch leiderschap van de EU op dit gebied helpen waarborgen;
D. in der Erwägung, dass das Parlament schon zweimal auf Klimaschutz und Energie bezogene verbindliche Ziele für das Jahr 2030 – Senkung der CO2-Emissionen um mindestens 40 %, Anteil der erneuerbaren Energiequellen von mindestens 30 % und ein Energieeffizienzziel von 40 % – gefordert hat, di
e mittels einzelner nationaler Ziel
vorgaben umzusetzen sind; in der Erwägung, dass mit verbindlichen Zielen auf einzelstaatlicher Ebene und Unionsebene in Bezug auf Energieeffizienz und erneuerbare Energiequellen Wachstum und Arbeitsplätze geschaffen würden und dazu beigetragen würde, die
...[+++] technologische Führungsrolle der EU in diesen Bereichen zu sichern;