23. is het eens met de veronderstelling van de Commissie en van het IEA dat elk uitstel v
an investeringen in emissiebeperking en de bijbehorende energietechnologie zal leiden tot hogere kosten in een later stadium; is van mening dat de EU, als zij wil voldoen aan het langetermijndoel van 80-95% minde
r uitstoot in 2050, zoals opnieuw bevestigd door de Europese Raad op 4 februari 2011, haar inspanningen zal moeten versnellen; is da
...[+++]arom verheugd over het voornemen van de Commissie om trajecten op te stellen die bedoeld zijn om langetermijndoelstellingen zo kostenefficiënt en doeltreffend mogelijk te realiseren;
23. stimmt der Kommission und der IEA dahingehend zu, dass jegliche Verzögerung von Investitionen zur Reduzierung von Emissionen und die entsprechenden Energietechnologien höhere Kosten zu einem späteren Zeitpunkt verursachen würde; ist der Ansicht, dass die EU ihre Bemühungen verstärken muss, wenn das für 2050 gesetzte langfristige Ziel der Reduzierung um 80–95 %, das am 4. Februar 2011 vom Europäischen Rat bekräftigt worden ist, erreicht werden soll; begrüßt daher die Absicht der Kommission, Verfahren zu konzipieren, wie die langfristigen Ziele möglichst kosteneffizient und wirksam erreicht werden können;