2. In afwijking van de eerste alinea van lid 1 worden vanaf 1 mei 2004 tot 1 mei 2009 pensioenen die zijn vastgesteld vóór 1 mei 2004 aangepast door toepassing van het gemiddelde van de aanpassingscoëfficiënten als bedoeld in artikel 3, lid 5, onder a) en b), van bijlage XI van het Statuut, gebruikt voor de lidstaat waar de ontvanger van het pensioen heeft aangetoond zijn hoofdverblijfplaats te hebben.
(2) Abweichend von Absatz 1 Unterabsatz 1 erfolgt für die Zeit vom 1. Mai 2004 bis zum 1. Mai 2009 die Angleichung der vor dem 1. Mai 2004 bestimmten Versorgungsbezüge anhand des Mittelwerts aus den in Anhang XI Artikel 3 Absatz 5 Buchstaben a) und b) des Statuts genannten Berichtigungskoeffizienten, die für den Mitgliedstaat gelten, in dem der Empfänger nachweislich seinen ersten Wohnsitz hat.