In gevallen waarin er grote zorg bestaat over de potentiële schadelijke effecten op de vruchtbaarheid of de ontwikkeling, kan door de aanvrager een verbeterd onderzoek naar de giftigheid voor de voortplanting met een generatie, met of zonder een prenatale ontwikkelingstoxiciteitsmodule (fase II, punt 6.7.3) in plaats van de screening worden voorgesteld.
Bestehen ernste Bedenken hinsichtlich des Potenzials für schädigende Wirkungen auf die Fruchtbarkeit oder die Entwicklung, so kann der Antragsteller anstelle des Screeningtests eine erweiterte Eingenerationen-Prüfung auf Reproduktionstoxizität mit oder ohne Testmodul zur Prüfung auf pränatale Entwicklungstoxizität (Stufe II Nummer 6.7.3) vorschlagen.