In afwijking van de rangschikkingsregels uiteengezet in het bovengenoemde punt V, heeft het personeelslid, dat op 1 februari 2014 tewerkgesteld is in een administratieve standplaats onder de voorwaarden beschreven in punt VI, A, een recht van voorrang op een betrekking in de drie administratieve standplaatsen die zich het dichtst bevinden bij zijn huidige standplaats, wanneer in deze standplaats geen nieuwe diensten worden opgericht met één of meer betrekkingen waarvoor het personeelslid zich rekening houdende met de functievereisten en/of het niveau of de klasse (zie bijlage 2) kandidaat kan stellen, zoals vermeld in bijlage 1.
In Abweichung der Einstufungsregeln aus Punkt V hat das Personalmitglied, das am 1. Februar 2014 unter den in Punkt VI, A, beschriebenen Bedingungen an einem Amtssitz beschäftigt war, ein Vorzugsrecht auf eine Stelle an den drei seinem heutigen Amtssitz nächstgelegenen Amtssitzen, wenn am heutigen Amtssitz kein neuer Dienst eingerichtet wird mit einer oder mehreren Stellen, für die das Personalmitglied sich aufgrund der Funktionsanforderungen (siehe Anlage 2) und/oder der Stufe oder der Klasse, wie in Anlage 1 vermerkt, hätte bewerben können.