Het gebruik van levensmiddelenadditieven moet beantwoorden aan de onder a) tot en met d) genoemde doelstellingen en mag alleen plaatsvinden wanneer deze doelstellingen niet met andere economisch en praktisch bruikbare middelen kunnen worden bereikt en de levensmiddelenadditieven geen gevaar voor de gezondheid van de consument opleveren;
Die Verwendung von Zusatzstoffen müßte nach Maßgabe der unter den Buchstaben a) bis d) dargelegten Zwecke erfolgen, und zwar nur, wenn diese Ziele nicht mit anderen Mitteln erreicht werden können, die wirtschaftlich und technisch praktizierbar sind und für den Verbraucher gesundheitlich unbedenklich sind: