22. onderkent voorts dat de lidstaten de onder hun bevoegdheid vallende mediadiensten en fabrikanten van ondersteunende apparatuur moeten aansporen hun diensten beter toegankelijk te maken, in het bijzonder voor ouderen en voor personen met een handicap, bijvoorbeeld personen met een auditieve of visuele handicap;
22. erkennt ferner an, dass die Mitgliedstaaten die ihrer Rechtshoheit unterliegenden Mediendiensteanbieter und Hersteller von Hilfsvorrichtungen darin bestärken sollten, ihre Dienste insbesondere älteren Menschen und Menschen mit Behinderungen wie Hörgeschädigten und Sehbehinderten besser zugänglich zu machen;