1. De Commissie krijgt de bevoegd
heid overeenkomstig artikel 31 bis gedelegeerde handelingen vast te stellen om de waarden voor de in artikel 5, lid 2, artikel 6 en artikel 7, lid 2, vastgestelde niveaus te wijzigen wanneer het i
n artikel 5, lid 2, bedoelde streefcijfer voor visserijsterfte is bereikt of wanneer uit wetenschappelijke gegevens blijkt dat dat streefcijfer of de in artikel 6 bedoelde minimum- en voorzorgsniveaus van de paaibiomassa of de in artikel 7, lid 2, bedoelde visserijsterfte niet langer volstaan om een laag risic
...[+++]o van uitputting van bestanden en een maximale duurzame opbrengst te handhaven.
1. Der Kommission wird die Befugnis übertragen, delegierte Rechtsakte gemäß Artikel 31a zu erlassen, um Änderungen der in Artikel 5 Absatz 2, Artikel 6 und Artikel 7 Absatz 2 festgesetzten Werte vorzunehmen, wenn der Zielwert für die fischereiliche Sterblichkeit nach Artikel 5 Absatz 2 erreicht oder wissenschaftlichen Erkenntnissen zufolge dieser Zielwert oder die Mindest- und Vorsorgewerte für die Laicherbiomasse nach Artikel 6 oder die Werte für die fischereiliche Sterblichkeit nach Artikel 7 Absatz 2 nicht mehr geeignet sind, ein geringes Risiko der Bestandserschöpfung und einen höchstmöglichen Dauerertrag zu gewährleisten.“