De financiële controles ter plaatse voor het volgende begrotingsjaar (N + 1) bestrijken een percentage van de gecumuleerde bijdrage van de Unie aan projecten die in de jaarrekening voor begrotingsjaar N + 1 als afgerond zijn gedeclareerd, dat hoger is dan het percentage voor begrotingsjaar N. Dit hogere percentage moet ten minste 10 % bedragen.
Die finanziellen Vor-Ort-Kontrollen für das folgende Haushaltsjahr (N+1) erstrecken sich auf einen Anteil des kumulierten Beitrags der Union für die Projekte, die in der jährlichen Rechnungslegung für das Haushaltsjahr N+1 für abgeschlossen erklärt werden, der höher ist als der entsprechende Anteil im Haushaltsjahr N. Dieser höhere Anteil darf nicht niedriger sein als 10 %.