E. overwegende dat de toepassing van het beginsel van de wederzijdse erkenning van strafrechtelijke besluiten gebaseerd is op een wederzijds vertrouwen van de lidstaten in hun respectieve rechtsstelsels, en dat dit vertrouwen berust op de gemeenschappelijke grondslag die wordt gevormd door de beginselen van vrijheid, democratie, eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, alsmede de rechtsstaat,
E. in der Erwägung, dass die Umsetzung des Grundsatzes der gegenseitigen Anerkennung gerichtlicher Entscheidungen in Strafsachen gegenseitiges Vertrauen der Mitgliedstaaten in die jeweilige Strafgerichtsbarkeit voraussetzt, und dass dieses Vertrauen insbesondere auf der gemeinsamen Grundlage des Eintretens für die Grundsätze der Freiheit, der Demokratie und der Achtung der Menschenrechte und Grundfreiheiten sowie des Rechtsstaats beruht,