De Ra
ad kan op grond van artikel 3, lid 5, en artikel 5, lid 2, van die verordening, indien met inachtneming
van een aanbeveling krachtens artikel 126, lid 7, VWEU, respectievelijk een besluit tot een aanmaning krachtens artikel 126, lid 9, VWEU, doeltreffende maatregelen zijn genomen en indien zich na de vaststelling van deze aanbeveling (besluit tot een aanmaning) onverwachte ongunstige economische gebeurtenissen met een ernstige negatieve weerslag op de openbare financiën voordoen, op aanbevelin
g van de Commissie, ...[+++]besluiten een herziene aanbeveling krachtens artikel 126, lid 7, VWEU of een herzien besluit tot een aanmaning krachtens artikel 126, lid 9, VWEU vast te stellen.