Traduction de «betrekking tot vies moet actie » (Néerlandais → Allemand) :

overwegende dat de Commissie in het kader van het proces van het Europees semester hervormingen met betrekking tot belastinginstanties moet analyseren en de tenuitvoerlegging van deze hervormingen moet verlangen, teneinde de belastinginningscapaciteit van belastinginstanties op nationaal en Europees niveau te versterken, zodat zij hun rol op doeltreffende wijze kunnen vervullen en de positieve gevolgen van effectieve belastinginning en effectieve acties tegen belastingfraude en belastingontduiking voor de inkomsten van de lidstaten kunnen worden bevorderd;
in der Erwägung, dass die Kommission die Reformen der Steuerverwaltungen im Rahmen des Europäischen Semesters analysieren und ihre Umsetzung verlangen sollte, um die Kapazität zur Steuererhebung der Steuerverwaltungen auf nationaler und europäischer Ebene zu verbessern, damit diese ihre Aufgaben wirksam ausführen können, und so die positiven Auswirkungen einer wirksamen Steuererhebung und wirksamer Maßnahmen gegen Steuerbetrug und Steuerhinterziehung auf die Einnahmen der Mitgliedstaaten zu fördern;

(viii) overwegende dat de Commissie in het kader van het proces van het Europees semester hervormingen met betrekking tot belastinginstanties moet analyseren en de tenuitvoerlegging van deze hervormingen moet verlangen, teneinde de belastinginningscapaciteit van belastinginstanties op nationaal en Europees niveau te versterken, zodat zij hun rol op doeltreffende wijze kunnen vervullen en de positieve gevolgen van effectieve belastinginning en effectieve acties tegen belastingfraude en belastingontduiking voor de inkomsten van de lidstaten kunnen worden bevorderd;
(viii) in der Erwägung, dass die Kommission die Reformen der Steuerverwaltungen im Rahmen des Europäischen Semesters analysieren und ihre Umsetzung verlangen sollte, um die Kapazität zur Steuererhebung der Steuerverwaltungen auf nationaler und europäischer Ebene zu verbessern, damit diese ihre Aufgaben wirksam ausführen können, und so die positiven Auswirkungen einer wirksamen Steuererhebung und wirksamer Maßnahmen gegen Steuerbetrug und Steuerhinterziehung auf die Einnahmen der Mitgliedstaaten zu fördern;

5. Met betrekking tot medegefinancierde programma-acties moet het toepasselijke tarief worden vastgelegd in het werkprogramma.
5. Bei der Kofinanzierung von Programmen muss der entsprechende Satz im Arbeitsprogramm festgelegt sein.

1 JULI 2016. - Ministerieel besluit tot benoeming van de voorzitter en de leden van de centrale examencommissie belast met de organisatie van de examens met het oog op het verkrijgen van de bekwaamheidsbewijzen in Rijn- en binnenvaart De Minister van Openbare Werken, Gezondheid, Sociale Actie en Erfgoed, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988, bij de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale Staatsstructuur en bij de bijzondere wet van 6 januari 2014 met betrekking tot de Zesde Staatshervorming, inzonderheid op artikel 6, § 1, X; Gelet op de wet van 21 mei 1991 betreffende het invoeren van een stuurbrevet voor het bevaren van de scheepvaartwegen van het Rijk; Gelet op het koninklijk besluit van 23 december 1998 betreffende het verkrijgen van vaarbewijzen voor het besturen van binnenvaartuigen bestemd voor het goederen- en personenvervoer; Gelet op het koninklijk besluit van 27 maart 2007 houdende de organisatie van de examens en de vaststelling van de retributies voor de bekwaamheidsbewijzen in Rijn- en binnenvaart; Gelet op het koninklijk besluit van 16 maart 2010 houdende goedkeuring van het besluit 2007-I-10 van 31 mei 2007 van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart betreffende het Patentreglement Rijn; Gelet op het ministerieel besluit van 6 december 2002 houdende organisatie van een examen matroos voor de binnenvaart; Overwegende dat het Waalse Gewest aan zijn verplichtingen inzake de organisatie van examens moet voldoen met het oog op het verkrijgen van de bekwaamheidsbewijzen in Rijn- en binnenvaart,
1. JULI 2016 - Ministerialerlaß zur Ernennung des Vorsitzenden und der Mitglieder des zentralen Prüfungsausschusses, der für die Durchführung der Prüfungen zur Erlangung des Befähigungsnachweises für die Rhein- und Binnenschifffahrt zuständig ist Der Minister für öffentliche Arbeiten, Gesundheit, soziale Maßnahmen und Kulturerbe, Aufgrund des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, abgeändert durch das Sondergesetz vom 8. August 1988, das Sondergesetz vom 16. Juli 1993 zur Vollendung der föderalen Staatsstruktur und das Sondergesetz vom 6. Januar 2014 betreffend die sechste Staatsreform, Artikel 6 § 1 X; Aufgrund des Gesetzes vom 21. Mai 1991 über die Einführung eines Führerbrevets für das Befahren der Wasserstraßen des Königreichs; Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 23. Dezember 1998 über das Erlangen von Bescheinigungen zum Führen von Binnenschiffen, die für die Güter- und Personenbeförderung bestimmt sind; Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 27. März 2007 zur Durchführung der Prüfungen und Festlegung der Gebühren für die Befähigungsnachweise für die Rhein- und Binnenschifffahrt; Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 16. März 2010 zur Genehmigung des Beschlusses 2007 - I - 10 der Zentralkommission für die Rheinschifffahrt bezüglich der Rheinpatentverordnung; Aufgrund des Ministerialerlasses vom 6. Dezember 2002 zur Durchführung einer Matrosenprüfung für die Binnenschifffahrt; In der Erwägung, dass die Wallonische Region ihre Verpflichtungen im Bereich der Durchführung von Prüfungen zur Erlangung der Befähigungsnachweise für die Rhein- und Binnenschifffahrt zu erfüllen hat,

de lidstaten moeten meer rechtstreekse communicatie tussen het lokale inspectiepersoneel aanmoedigen als een doeltreffende manier om de uitwisseling van informatie te bespoedigen; om te garanderen dat de problemen snel worden onderkend en aangepakt en dat elke lidstaat doeltreffende bijstand aan andere lidstaten verleent, is efficiënter toezicht op de uitwisseling van inlichtingen tussen de lidstaten noodzakelijk; de procedures voor de uitwisseling van inlichtingen zonder verzoek vooraf moeten worden verduidelijkt en spontaan verstrekte informatie zou door de lidstaten stelselmatig moeten worden benut; met betrekking tot VIES moet actie worden ondernomen om de termijnen voor het verzamelen en invoeren van gegevens drastisch te verkorten, te waarborgen dat onnauwkeurige gegevens snel worden gecorrigeerd, het functioneren van de geldigverklaring van BTW-nummers te verbeteren, betere mogelijkheden voor kruiscontroles te verlenen en ruimere rechtstreekse toegang tot gegevens te verlenen om multilaterale raadpleging mogelijk te maken; de invoering van geharmoniseerde voorschriften voor de intrekking van BTW-nummers van handelaren die bij frauduleuze activiteiten zijn betrokken, moet worden overwogen.
Die Mitgliedstaaten sollten mehr direkte Kommunikation zwischen örtlichen Steuerprüfern als wirksames Mittel zur Beschleunigung des Informationsaustauschs fördern. Der Informationsaustausch zwischen den Mitgliedstaaten sollte effizienter überwacht werden, damit sichergestellt ist, dass Probleme rasch aufgedeckt und behoben werden und jeder Mitgliedstaat den übrigen Mitgliedstaaten wirksame Unterstützung gewährt. Die Verfahren für den Informationsaustausch ohne vorheriges Ersuchen sollten klarer gestaltet werden, und spontan übermittelte Informationen sollten von den Mitgliedstaaten systematisch genutzt werden. Zur Verbesserung des MIAS sollten Maßnahmen ergriffen werden, um die Zeitspanne für die Datensammlung und -erfassung drastisch zu verkürzen, um sicherzustellen, dass unrichtige Daten umgehend korrigiert werden, um die Funktionsweise der Validierung von Umsatzsteuer-Identifikationsnummern zu verbessern, um die Möglichkeiten für Gegenkontrollen zu erweitern und um einen breiter angelegten Datenzugriff zur Ermöglichung multilateraler Abfragen zu schaffen.

4 DECEMBER 2015. - Ministerieel besluit betreffende de benoeming van de leden van de Commissie voor onderzoek van de Rijnschepen wat het Waalse Gewest betreft De Minister van Openbare Werken, Gezondheid, Sociale Actie en Erfgoed, Gelet op de wet van 15 september 1919 houdende goedkeuring van het Vredesverdrag gesloten te Versailles, op 28 juni 1919, tussen de verbondene en verenigde mogendheden, aan de ene zijde, en Duitsland, aan de andere zijde, alsmede van het protocol van dezelfde datum, dat de toepassingsvoorwaarden van zekere bepalingen van dit verdrag nauwkeurig vermeldt; Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 1976 houdende goedkeuring van het Reglement betreffende het onderzoek van Rijnschepen, inzonderheid op artikel 2.01 van de bijlage; Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988, bij de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale Staatsstructuur en bij de bijzondere Wet van 6 januari 2014 met betrekking tot de Zesde Staatshervorming, inzonderheid op artikel 6, § 1, X; Overwegende dat het Waalse Gewest aan zijn internationale verplichtingen moet voldoen,
4. DEZEMBER 2015 - Ministerialerlaß zur Ernennung der Mitglieder der Ausschusses für die Untersuchung der Rheinschiffe für die Wallonische Region Der Minister für öffentliche Arbeiten, Gesundheit, soziale Maßnahmen und Kulturerbe, Aufgrund des Gesetzes vom 15. September 1919 zur Billigung des am 28. Juni 1919 in Versailles abgeschlossenen Friedensvertrags zwischen den alliierten und assoziierten Mächten einerseits und Deutschland andererseits sowie des Protokolls vom selben Tag, in dem die Art der Ausführung einzelner Bestimmungen des Vertrags genau festgelegt sind; Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 30. März 1976 zur Genehmigung der Ordnung über die Untersuchung der Rheinschiffe, Artikel 2.01 der Anlage; Aufgrund des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, abgeändert durch das Sondergesetz vom 8. August 1988, das Sondergesetz vom 16. Juli 1993 zur Vollendung der föderalen Staatsstruktur und das Sondergesetz vom 6. Januar 2014 betreffend die sechste Staatsreform, Artikel 6 § 1 X; In Erwägung der Notwendigkeit, dass die Wallonische Region ihre internationalen Pflichten erfüllt,

11. IS VAN MENING dat een dergelijke multilaterale milieuovereenkomst verschillende graden van verplichting moet bevatten met betrekking tot de specifieke acties om de mondiale uitdagingen van kwik aan te pakken.
11. IST DER ANSICHT, dass die spezifischen Maßnahmen zur Bewältigung der weltweiten Quecksilberproblematik in einem entsprechenden multilateralen Umweltübereinkommen einen unterschiedlichen Grad an Verbindlichkeit haben sollten;

F. overwegende dat artikel 38, eerste lid, onder (f) van Verordening (EG) nr. 1260/1999 en artikel 15 van Verordening (EG) nr. 438/2001 voorzien in een afrondende eindverklaring van de lidstaat met betrekking tot iedere communautaire actie, van een autoriteit die onafhankelijk moet zijn van de diverse beheersorganen en betaalorganen,
F. in der Erwägung, dass in Artikel 38 Absatz 1 Buchstabe f der Verordnung (EG) Nr. 1260/1999 und in Artikel 15 der Verordnung (EG) Nr. 438/2001 eine zusammenfassende Abschlusserklärung des betreffenden Mitgliedstaates zu jeder Intervention der Gemeinschaft durch eine Stelle, die von den verschiedenen Verwaltungs- und Zahlungsbehörden unabhängig ist, vorgesehen ist,

F. overwegende dat artikel 38, eerste lid, onder (f) van Verordening (EG) nr. 1260/1999 en artikel 15 van Verordening (EG) nr. 438/2001 voorzien in een afrondende eindverklaring van de lidstaat met betrekking tot iedere communautaire actie, van een autoriteit die onafhankelijk moet zijn van de diverse bestuursorganen en betaalorganen,
F. in der Erwägung, dass in Artikel 38 Absatz 1 Buchstabe f der Verordnung (EG) Nr. 1260/1999 und in Artikel 15 der Verordnung (EG) Nr. 438/2001 eine zusammenfassende Abschlusserklärung des betreffenden Mitgliedstaates zu jeder Intervention der Gemeinschaft durch eine Stelle, die von den verschiedenen Verwaltungs- und Zahlungsbehörden unabhängig ist, vorgesehen ist,

- Moet de actie globaal betrekking hebben op deeltijdwerkers, personen met arbeidsbetrekkingen voor een bepaalde tijd en uitzendkrachten, of moet er voor elk van deze categorieën apart een actie worden gehouden?
- Sollten die Maßnahmen Teilzeitbeschäftigte, Arbeitnehmer in befristetem Arbeitsverhältnis und Zeitarbeitnehmer insgesamt als Ganzes zum Gegenstand haben oder sollten für jede dieser Beschäftigtenkategorien gesonderte Maßnahmen durchgeführt werden?