De Minister van Binnenlandse Zaken heeft, naar aanleiding van een amendement dat ertoe strekte artikel 2, 2, van de wet aan te vullen, verklaard dat hij van mening was dat men de titel van officier van bestuurlijke politie alleen kan dragen als men daadwerkelijk die functies uitoefent en er geen sprake van kan zijn om eretitels toe te kennen op grond van persoonsgebonden criteria, en niet op grond van uitgeoefende functies (Parl. St. , Kamer, 1997-1998, nr. 1618/4, pp. 30-31).
Der Innenminister hat bezüglich eines Abänderungsantrags zur Ergänzung von Artikel 2 Nr. 2 des Gesetzes erklärt, er sei der Auffassung, dass man den Titel als Verwaltungspolizeioffizier nur dann tragen dürfe, wenn man tatsächlich diese Funktion ausübe, und dass es ausgeschlossen sei, einen mit der Person und nicht mit der Funktion verbundenen Ehrentitel zu verleihen (Parl. Dok. , Kammer, 1997-1998, Nr. 1618/4, SS. 30-31).