15. merkt op dat de gebouwen in de EU verantwoordelijk zijn voor ongeveer 40 % van het eindverbruik van energie, voor het verbruik van ongeveer 60 % van het ingevoerde gas van de EU en voor 36 % van de CO2-uitstoot in de EU en dat verwarming en
koeling de grootste bron van de vraag naar energie in de EU zijn; verzoekt de Commissie daarom aandacht te besteden aan de mogelijke efficiëntiewinsten in de bouwsector; benadrukt de noodzaak om de verwarmingssector te moderniseren, en met name de stadsverwarming, om de zekerheid van de voorziening te verbeteren en de energie-efficiëntie te verhogen; wijst op de noodzaak een nog ambitieuzer belei
d op het g ...[+++]ebied van energiebesparing in woon- en commerciële gebouwen te bevorderen door middel van volledige isolatie en geavanceerd ontwerp van gebouwen; 15. stellt fest, dass auf den Gebäudebestand in der EU etwa 40 % des Endenergieverbrauchs, etwa 60 % des Verbrauchs der Gaseinfuhren der EU und 36 % der CO2-Emissionen in der EU entfallen und Heizen und Kühlen die größte einzelne Quelle der Energienachfrage in der EU ist; fordert daher die Kommission auf, die potenziellen Energiegewinne im Gebäud
esektor anzugehen; betont, dass der Wärmesektor, insbesondere die Fernwärme, modernisiert werden muss, um die Versorgungssicherheit zu verbessern und die Energieeffizienz zu erhöhen; betont, dass eine noch ehrgeizigere Poli
tik im Hinblick auf Energieeinsparungen ...[+++] in Wohngebäuden und gewerblichen Gebäuden durch eine vollständige Isolation und eine fortschrittliche Gestaltung von Gebäuden gefördert werden muss;