Traduction de «btw-wetboek bepaalde vrijstelling » (Néerlandais → Allemand) :

Vóór het werd gewijzigd door het voormelde artikel 44, 2°, van de programmawet van 11 juli 2005, was de in artikel 44, § 2, 2°, van het BTW-Wetboek bepaalde vrijstelling beperkt tot « de diensten en de leveringen van goederen die nauw samenhangen met maatschappelijk werk verstrekt door instellingen die de bejaardenzorg tot doel hebben en als zodanig zijn erkend door de bevoegde overheid en die, indien het gaat om privaatrechtelijke instellingen, handelen onder sociale voorwaarden welke vergelijkbaar zijn met die welke gelden voor de publiekrechtelijke instellingen » en tot « de diensten en de daarmee nauw samenhangende leveringen van goederen in de uitoefening van hun geregelde werkzaamheid verstrekt door kinderbewaarplaatsen en zuigelingentehuizen en door instellingen erkend door de bevoegde overheid die, ingevolge hun statuten, in hoofdzaak tot doel hebben het toezicht over jongelui en de zorg voor hun onderhoud, opvoeding en vrijetijdsbesteding ».
Vor ihrer Abänderung durch den vorerwähnten Artikel 44 Nr. 2 des Programmgesetzes vom 11. Juli 2005 beschränkte sich die in Artikel 44 § 2 Nr. 2 des Mehrwertsteuergesetzbuches vorgesehene Befreiung auf « eng mit der Sozialhilfe verbundene Dienstleistungen und Lieferungen von Gütern, die von Einrichtungen bewirkt werden, die den Auftrag haben, Betagte zu betreuen, und die als solche von der zuständigen Behörde anerkannt sind und die, wenn privatrechtliche Einrichtungen betroffen sind, unter vergleichbaren sozialen Bedingungen wie öffentlich-rechtliche Einrichtungen handeln » und auf « Dienstleistungen und eng damit verbundene Lieferungen von Gütern, die von Kindertagesstätten und Krippen und von Einrichtungen, die von der zuständigen Behörde anerkannt sind und die aufgrund ihres Statuts hauptsächlich den Auftrag haben, Aufsicht, Versorgung, Erziehung und Freizeit von Jugendlichen zu gewährleisten, in der Ausübung ihrer Tätigkeit bewirkt werden ».

De samengevoegde zaken nrs. 6429, 6462, 6464 en 6465 betreffen beroepen tot vernietiging die zijn ingediend door, enerzijds, chiropractors en osteopaten, dan wel bepaalde van hun beroepsverenigingen, en die betrekking hebben op de btw-plicht voor de diensten van voormelde beroepscategorieën (artikel 44, § 1, 3°, van het BTW-Wetboek, zoals vervangen bij artikel 110 van de wet van 26 december 2015) (zaken nrs. 6429 en 6462), en, anderzijds, door plastische chirurgen, dan wel bepaalde van hun beroepsverenigingen, en die betrekking hebben op de btw-plicht voor ingrepen en behandelingen met een esthetisch karakter (artikel 44, § 1, 1°, tweede lid, van het BTW-Wetboek, zoals vervangen bij artikel 110 van de wet van 26 december 2015) (zaken nrs. 6464 en 6465).
Die verbundenen Rechtssachen Nrn. 6429, 6462, 6464 und 6465 betreffen Nichtigkeitsklagen, die einerseits durch Chiropraktiker und Osteopaten oder gewisse Berufsvereinigungen von ihnen eingereicht wurden und die sich auf die Mehrwertsteuerpflicht für die Leistungen der vorerwähnten Berufskategorien beziehen (Artikel 44 § 1 Nr. 3 des Mehrwertsteuergesetzbuches, ersetzt durch Artikel 110 des Gesetzes vom 26. Dezember 2015) (Rechtssachen Nrn. 6429 und 6462) und andererseits durch plastische Chirurgen oder gewisse Berufsvereinigungen von ihnen eingereicht wurden und die sich auf die Mehrwertsteuerpflicht für ästhetische Eingriffe und Behandlungen beziehen (Artikel 44 § 1 Nr. 1 Absatz 2 des Mehrwertsteuergesetzbuches, ersetzt durch Artikel 110 des Gesetzes vom 26. Dezember 2015) (Rechtssachen Nrn. 6464 und 6465).

Aldus zou de wetgever de hem door artikel 132, lid 1, c), van de btw-richtlijn verleende beoordelingsbevoegdheid niet overschrijden door de btw-vrijstelling in artikel 44, § 1, van het BTW-Wetboek te beperken tot de diensten vermeld in die bepaling.
Folglich würde der Gesetzgeber die ihm durch Artikel 132 Absatz 1 Buchstabe c der Mehrwertsteuerrichtlinie verliehene Beurteilungsbefugnis nicht überschreiten, indem er die Mehrwertsteuerbefreiung in Artikel 44 § 1 des Mehrwertsteuergesetzbuches auf die in dieser Bestimmung angeführten Leistungen begrenzen würde.

In de beslissing van de btw-administratie nr. E.T.130.999 van 28 november 2016 wordt bovendien verduidelijkt dat, alhoewel zelfstandige verpleegkundigen wel toegang hebben tot het medisch dossier van de patiënt, dit niet tot gevolg heeft dat de medische vrijstelling, op grond van artikel 44, § 1, 1°, tweede lid, van het BTW-Wetboek, niet meer zou gelden voor hen.
In der Entscheidung der Mehrwertsteuerverwaltung Nr. E.T.130.999 vom 28. November 2016 wird überdies verdeutlicht, dass obwohl selbstständige Krankenpfleger wohl Zugang zur medizinischen Akte des Patienten haben, dies nicht zur Folge hat, dass die medizinische Befreiung aufgrund von Artikel 44 § 1 Nr. 1 Absatz 2 des Mehrwertsteuergesetzbuches für sie nicht mehr gelten würde.

Het nieuwe artikel 44, § 1, 1°, van het BTW-Wetboek voorziet in een principiële btw-vrijstelling voor esthetische handelingen of ingrepen die in de RIZIV-nomenclatuur zijn opgenomen en waarbij de terugbetalingsvoorwaarden zijn vervuld.
Im neuen Artikel 44 § 1 Nr. 1 des Mehrwertsteuergesetzbuches ist eine grundsätzliche Mehrwertsteuerbefreiung für ästhetische Behandlungen oder Eingriffe, die im LIKIV-Verzeichnis vorgesehen sind und bei der die Erstattungsbedingungen erfüllt sind, vorgesehen.

Artikel 44, § 1, 1°, van het BTW-Wetboek bepaalt enkel dat de btw-vrijstelling voor de door artsen verrichte diensten niet geldt voor ingrepen en behandelingen met een esthetisch karakter, wanneer die ingrepen en behandelingen niet zijn opgenomen in de RIZIV-nomenclatuur (artikel 44, § 1, 1°, a)) of wanneer die ingrepen en behandelingen wel zijn opgenomen in de RIZIV-nomenclatuur, maar niet beantwoorden aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor tegemoetkoming van het RIZIV (artikel 44, § 1, 1°, b)).
In Artikel 44 § 1 Nr. 1 des Mehrwertsteuergesetzbuches ist lediglich festgelegt, dass die Mehrwertsteuerbefreiung für die durch Ärzte erbrachten Leistungen nicht für ästhetische Eingriffe und Behandlungen gilt, wenn diese Eingriffe und Behandlungen nicht im LIKIV-Verzeichnis aufgenommen sind (Artikel 44 § 1 Nr. 1 Buchstabe a)) oder wenn diese Eingriffe und Behandlungen zwar im LIKIV-Verzeichnis aufgenommen sind, jedoch nicht die Bedingungen für einen Anspruch auf Erstattung gemäß den Vorschriften in Bezug auf die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung erfüllen (Artikel 44 § 1 Nr. 1 Buchstabe b)).

Artikel 73quinquies van het BTW-Wetboek bepaalde :
Artikel 73quinquies des MwStGB bestimmte:

Artikel 50, § 1, 4°, van het btw-Wetboek bepaalde, vóór het werd vervangen bij artikel 54 van de wet van 28 december 1992 « tot wijziging van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten » :
Artikel 50 § 1 Nr. 4 des Mehrwertsteuergesetzbuches bestimmte vor seiner Ersetzung durch Artikel 54 des Gesetzes vom 28. Dezember 1992 « zur Abänderung des Mehrwertsteuergesetzbuches und des Registrierungs-, Hypotheken- und Kanzleigebührengesetzbuches »:

De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of artikel 42, § 3, tweede lid, van het BTW-Wetboek de artikelen 10, 11, 170, § 1, en 172, tweede lid, van de Grondwet schendt in zoverre het aan de minister van Financiën (« door ») of aan de belastingadministratie (« vanwege ») de bevoegdheid delegeert om de perken en de voorwaarden voor de toepassing van de vrijstelling zoals bepaald in artikel 42, § 3, eerste lid, 1° en 3°, van het BTW-Wetboek vast te stellen.
Der vorlegende Richter möchte vom Gerichtshof erfahren, ob Artikel 42 § 3 Absatz 2 des Mehrwertsteuergesetzbuches gegen die Artikel 10, 11, 170 § 1 und 172 Absatz 2 der Verfassung verstoße, insofern er dem Minister der Finanzen (« der Minister ») oder der Steuerverwaltung (« oder sein Beauftragter ») die Zuständigkeit übertrage, die Grenzen und Bedingungen für die Anwendung der Befreiung im Sinne von Artikel 42 § 3 Absatz 1 Nrn. 1 und 3 des Mehrwertsteuergesetzbuches zu bestimmen.

Artikel 6, eerste lid, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde (hierna : btw-Wetboek) bepaalde, na vervanging ervan bij artikel 7 van de wet van 28 december 1992 « tot wijziging van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten » :
Artikel 6 Absatz 1 des Mehrwertsteuergesetzbuches (weiter unten: MwStGB) bestimmte nach seiner Ersetzung durch Artikel 7 des Gesetzes vom 28. Dezember 1992 « zur Abänderung des Mehrwertsteuergesetzbuches und des Registrierungs-, Hypotheken- und Kanzleigebührengesetzbuches »: