6. Indien de gereguleerde entiteiten in een financieel conglomeraat de in de leden 2 tot en met 5 gestelde eisen niet naleven, zien de met de uitoefening van het toezicht op de gereguleerde entiteiten in het financiële conglomeraat belaste bevoegde autoriteiten erop toe dat deze entiteiten, en waar nodig andere entiteiten in de groep, de nodige maatregelen nemen om de situatie zo spoedig mogelijk recht te zetten.
(6) Erfüllen die beaufsichtigten Unternehmen eines Finanzkonglomerats die Anforderungen der Absätze 2 bis 5 nicht, so stellen die für die beaufsichtigten Unternehmen des Finanzkonglomerats zuständigen Aufsichtsbehörden sicher, dass diese sowie gegenbenfalls andere Unternehmen der Gruppe die notwendigen Maßnahmen ergreifen, um dies so bald wie möglich abzustellen.